Door het veranderende klimaat in Nederlands komen bij paarden en pony’s teken steeds vaker voor. Ze leven met name in bosrijke gebieden en anders dan veel mensen denken laten ze zich niet uit bomen vallen. Ze leven namelijk juist laag bij de grond, op maximaal één meter hoogte in grassen en struikgewassen. Hier wachten ze tot er een gastheer langs komt, bij paarden/pony zal dit dus voornamelijk via de benen zijn.
Wanneer een teek op je paard/pony terecht is gekomen zal hij op zoek gaan naar een plek met waar de huid dunner is. Bijvoorbeeld in de liezen, oksels, op het hoofd, bij de achterbenen etc. Loopt je paard/pony in de weide of paddock met bosschages aan de randen dan is het belangrijk dat je, liefst elke dag in de lente en zomer controleert op eventuele teken.
Welke teken zijn er in Nederland?
Ixodus ricinus ofwel schapenteek
Deze teek komt als enige oorspronkelijk en ook het meeste voor in Nederland. Hierdoor is het ook deze teek die je het meest op paarden/pony’s zult aantreffen. De teek kent verschillende stadiums, namelijk eieren – larve – nimf – volwassen vrouwtje of mannetje. Zie afbeelding.
De volwassen variant komt het vaakst voor op paarden en pony’s. De Ixodes Ricinus heeft een hard schild op het bovenlijf en heeft één kleur, deze kleur kan verschillen van rood/bruin tot grijs.
Dermacentor reticulates ofwel Vlekkenteek
Deze teek is relatief kort geleden voor het eerst aangetroffen in Nederland. Namelijk in 2005/2006 op drie locaties. Vermoedelijk is de teek op honden die uit het buitenland komen Nederland binnengebracht. In een later onderzoek van de Faculteit Diergeneeskunde en het Utrecht Centre for Tick-borne Diseases tussen 2007 en 2013 werden er al meer dan 1300 Dermacentor-teken op elf verschillende locaties in Nederland en België gevonden. De teek breidt zicht dus uit en kan in ons huidige klimaar overleven.
De Dermacentror reticulates heeft ook een hard schild maar met donkere en lichte vlekken.
Hyalomma marginatum ofwel reuzenteek
De meest recente teek in Nederland is de Hyalomma Marginatum ofwel reuzenteek. Deze teek komt oorspronkelijk uit het Middellandse Zeegebied en Zuidoost Europa. Er werd gedacht dat hij niet kon overleven in Nederland, echter is hij in 2019 en vervolgens ook in 2020 meerdere malen gesignaleerd. De teek komt vermoedelijk mee met als larve of Nimf met trekvogels en wanneer het droog en warm genoeg is in Nederland kunnen de teken vervellen tot volwassen teken.
Je herkent de reuzenteek aan de gestreepte poten en hij is een stuk sneller en groter dan de schapenteek. Deze teek kan anders dan de schapenteek of vlekkenteek zijn prooi achtervolgen.
Overdraagbare ziekten voor paarden/pony’s
Een teek heeft bloed nodig voor verschillende stadiums. Ten eerste hebben vrouwtjes bloed nodig om eieren te leggen. Tevens hebben teken bloed nodig om te vervellen naar het volgende stadia in hun volwassenheid. Ze bijten zich vast in de huid en zuigen zich vol met bloed, dit kan tot wel 600 keer hun eigen gewicht zijn en enkele uren tot dagen duren. Daarna laten ze zich vallen en gaan in rust om naar het volgende stadium te vervellen. Hierna gaan ze op zoek naar een volgende gastheer om de cyclus te herhalen. Tijdens het zuigen van bloed kan een teek ziekteverwekkers opnemen en afgeven. Ziekteverwekkers die schadelijk kunnen zijn voor paarden en pony’s:
Ziekte van Lyme –
Ixodus ricinus/schapenteek
De bekendste ziekte in Nederland die teken over kunnen brengen is de ziekte van Lyme. Deze wordt veroorzaakt door een bacterie, genaamd Borrelia burgdorferi. De schapenteek kan deze overgedragen en ongeveer 20% van de teken is besmet.
Er word vaak gedacht dat wanneer een teek binnen 24 uur wordt verwijderd er geen besmetting kan plaatsvinden. Helaas is dit echter achterhaalt, wel wordt de kans op besmetting kleiner. Ook de typische rode kring bij mensen wordt bij paarden maar zelden gezien en dit heeft niet alleen met de beharing te maken. Wanneer een paard/pony besmet is met Lyme is het door de verscheidenheid aan symptomen vaak moeilijk te diagnosticeren. Ook kunnen symptomen zich pas na een veel langere periode openbaren of worden opgemerkt bij een paard. Dit omdat de hoofdsymptomen van Lyme gewrichtsklachten en vermoeidheid zijn. Maar het kan ook dat een paard andere klachten heeft zoals:
- Wisselende kreupelheden, dikke gewrichten, pijnlijke gewrichten
- Koorts of temperatuurwisselingen
- Gewichtsverlies
- Spierpijn, stijfheid, gevoeligheid van de spieren en/of huid
- Maanblindheid
- Verhoogde waardes bij de PPID test en PPID-achtige klachten
- Hoefbevangenheid of dergelijke klachten
- Hersenvliesontsteking
- Nierfalen
- Gedragsveranderingen: Overmatige angsten, spanning, depressie en hyperactiviteit
- Diverse neurologische verschijnselen, zoals ataxie of uitval.
Behandeling & diagnose
Eerste stadium (binnen zes maanden)
Op dit moment is de ziekte nog goed te bestrijden met een kuur antibioticum.
Later stadium
Kan het moeilijker worden behandeld, hoe langer de bacterie in het lichaam aanwezig is hoe lastiger het te bestrijden is. Helaas kunnen paarden er dan blijvende symptomen en schade aan overhouden. Voor deze paarden is het belangrijk om ervoor te zorgen dat je de rest van het management zo optimaal mogelijk wordt gemaakt. Hierin kan Fibra Premium goede ondersteuning bieden, het bevat geen ballast vormt voor het lichaam en door de structuur heel natuurlijk wordt verteerd door het lichaam waardoor alle vitamines, mineralen en spoorelementen optimaal kunnen worden opgenomen. Wanneer paarden/pony met Lyme in bijvoorbeeld seizoenwisselingen, na een enting of wormkuur extra ondersteuning kan gebruiken kun je ervoor kiezen om een kuur Anti-itch te geven. Dit geeft de weerstand en de darmflora een extra boost!
Diagnose
Om vast te stellen of een paard Lyme heeft zijn er verschillende test methoden. Er kan worden getest op antilichamen in het bloed, op de eiwitten van Borelia in de urine, via een huidmonster kan er worden gezocht op het DNA van de Borellia en er kan een bloedkweek worden gedaan. Helaas zijn al deze testen niet waterdicht en kan er alsnog een foutief negatieve uitkomst gegeven worden.
Pirolasmose
Deze aandoening wordt veroorzaakt door de bloedparasiet Equine babesiose en Equine theileriose. In gebieden waar prioplasmose vaker voorkomt hebben paarden meestal afweerstoffen ontwikkeld en verloopt de infectie symptoomloos. In Nederland hebben paarden echter vaak geen afweerstoffen, dan kan de ziekte zich in verschillende vormen openbaren:
Acute vorm
Symptomen hierbij zijn in eerste instantie hoge koorts ( > 40 graden Celsius), niet eten en oedeem bij de benen. Later worden de gevolgen van hemolyse en anemie zichtbaar in de vorm van ernstige bloedarmoede, geelzucht, bloed in de urine, verhoogde ademhaling en hartslag, wisselende periodes van koorts, koliek symptomen en het oog en slijmvlies kan variëren tot lichtroze tot helgeel.
In geval van een ernstige acute infectie treden er problemen aan de longen, het hart, lever, nieren maagdarmkanaal op. In de meeste gevallen leidt dit tot de dood met een zeer korte periode van verschijnselen.
Chronische vorm
De chronische fase wordt veroorzaakt door Babesia Caballi. Bij deze besmetting zijn er geen specifieke symptomen maar hebben paarden/pony’s vage klachten zoals gebrekkige eetlust, slecht presteren, lusteloos en verlies van spiermassa.
Echter leidt Equine piroplasmose bij de meeste paarden niet tot ziekteverschijnselen. Dit zijn de dragers en vormen een risico voor paarden die geen antistoffen hebben. Merries die drager zijn kunnen aborteren of geven het door aan hun veulen.
Behandeling en diagnose
De diagnose kan worden gesteld met een bloeduitstrijkje. Vanaf twee weken na infectie kan er een stijging in antilichaam worden gezien en de parasiet kan met een speciale test worden aangetoond in het bloed. De behandeling bestaat uit een middel geven welke de parasiet dood en in ernstige gevallen een bloedtransfusie. Om te voorkomen dat de ziektes naar Nederland komt is het belangrijk dat paarden die uit landen komen waar de ziekte actief is worden getest.
.
Anaplasmose
Deze aandoening wordt veroorzaakt door de bacterie Anaplasma phagocytophilum . Deze bacterie verstopt zicht in de witte bloedcellen van het paard en wordt overgedragen door de schapenteek en vlekkenteek.
De symptomen van een besmetting kunnen zeer heftig zijn; hoge koorts, lusteloosheid, geen eetlust, oedeem aan de benen door ontstekingen in de bloedvaten, spierpijn, ataxie en geelzucht. Vaak vindt er echter binnen 7-21 dagen bij veel paarden spontaan herstel plaatst. Helaas kan het ook fataal aflopen en van Anaplasma zijn geen chronische infecties bekend.
HELP, een teek ontdekt wat nu??
Ten eerste is het belangrijk dat je de teek in zijn geheel en onbeschadigd wordt verwijderd. Hierbij is het niet aan te raden om de teek met alcohol te verdoven. Gebruik een speciale teken tang, tekenpincet of tekenkaart en zet deze zo dicht mogelijk op de huid van je paard. Op de overgang van de tekenmond naar het lichaam en trek hem eruit. Eventueel kun je de teek bewaren en laten onderzoeken op ziekteverwekkers. Dan weet je wat het eventuele risico op een besmetting is.
Gelukkig is het grootste gedeelte van de teken in Nederland niet besmet en als een teek besmet is hoeft het niet te betekenen dat hij ook de ziekte overdraagt. Maar bij twijfel neem altijd contact op met je dierenarts. Tevens is het als je de vlekkenteek of reuzenteek hebt gespot een meldplicht.
TIP: hou de tekenradar.nl in de gaten bij jou in de buurt. Hier kun je in de gaten houden hoe actief de nimfen gemiddeld zijn en kun je de besmettingen zien.